U neemt plaats op de behandeltafel. Afhankelijk van de te behandelen zenuwwortel ligt u op uw buik of rug. Onder röntgendoorlichting brengt de anesthesioloog-pijnspecialist een dunne naald precies bij de zenuwwortel. De positie van de naald wordt gecontroleerd door de zenuw kort elektrisch te prikkelen. U kunt daarbij tintelingen of schokjes voelen in het gebied waar u normaal pijn ervaart. Dit is normaal en tijdelijk.
Er zijn twee behandelmethoden mogelijk:
- Injectie met medicatie: via de naald wordt een combinatie van een verdovend middel en een ontstekingsremmer ingespoten. Dit onderbreekt tijdelijk de pijngeleiding en vermindert ontstekingsreacties rond de zenuw.
- Behandeling met (pulsed) radiofrequente stroom (PRF): hierbij wordt de zenuw aanvullend behandeld met milde stroom. De naald wordt kort verwarmd, waardoor de pijngeleiding tijdelijk wordt beïnvloed. Deze methode wordt vaak gecombineerd met medicatie.
Na de behandeling wordt op de prikplaats een pleister geplakt. Deze mag u ’s avonds of de volgende dag verwijderen.